De verzorging is lief, haar dochter woont dichtbij, het eten smaakt goed en ze is weer onder de mensen. Vooral dat laatste deed Mini goed toen ze in het Prins Claushuis in Nijverdal kwam wonen. “Dat is toch veel beter dan dat je alles alleen moet doen?”
Nee, ze heeft het niet lastig gehad toen ze naar Dagelijks Leven in Nijverdal verhuisde. “Als je zo ver bent met je leeftijd, dan moet dat een keer. En ik wen altijd vlug. Is het alweer drie jaar geleden? Dat gaat snel.” Ze doet dan ook genoeg op een dag. “Een spelletje spelen, de krant lezen, gezellig bij elkaar zitten. Ik ben geen mens die alleen op haar kamer blijft. Het samenzijn, onder de mensen zijn, daar houd ik van, dat vind ik fijn.” Wat voor activiteiten er precies op het programma staan, maakt Mini niet eens zoveel uit. Hoewel, de vraag of ze gymnastiek leuk vindt beantwoordt ze met een bedenkelijk gezicht. “Het gaat.”
Bijna tien kilo erbij
Dochter Marike moet lachen. “Ja sinds ze hier woont ineens aan de gymnastiek, dat heeft ze nooit eerder gedaan!” Ook zij merkt dat haar moeder het goed heeft. “Thuis, alleen, dat ging niet meer. Ze zorgde niet meer zo goed voor zichzelf. Ze deed wel heel erg haar best, maar het lukte gewoon niet altijd meer. Gelukkig was mama het daar zelf ook mee eens, ook al heeft dat wel wat tijd gekost. Maar op een gegeven moment zei ze: als jullie denken dat het beter is, dan moeten we het maar gewoon doen.’ Dat het beter was, dat bleek. Toen ze hier net woonde is ze in een half jaar tijd bijna tien kilo aangekomen.”
Geen keukenprinses
Nu heeft dat misschien ook wel te maken met het feit dat haar moeder zelf nou niet een enorm talent voor koken heeft, vervolgt Marike. “Ze is geen keukenprinses. Wat wij vroeger weleens voorgeschoteld kregen…” Moeder lacht mee. “Ik houd niet zo van koken. Ik help nu ook niet in de keuken, hoor, nee. Of nou ja, soms met een stuk fruit schillen, of aardappels.”
‘Beter kan het niet’
Liever helpt ze dan met klusjes zoals de was opvouwen. Er is sowieso veel te doen, zegt Marike. “Zoals die houten bloembakken buiten, die hebben de mannen van het huis laatst in elkaar getimmerd. Dat is toch geweldig?” Mini zelf maakt het niet zo heel veel uit wat ze doet, als het maar samen met anderen is. Maar zingen is favoriet. “Vroeger heb ik altijd in koren gezongen. Dat vind ik nog altijd wel erg leuk.”
Ook als de stembanden niet getraind worden is ze ‘héél tevreden’ in Het Prins Claushuis. “Ik heb het hier goed naar mijn zin en word goed verzorgd. Het eten smaakt, de verzorging is lief, ze zorgen overal voor; het is allemaal prima. Dat is toch veel beter dan dat je alles alleen moet doen? En mijn dochter woont in de buurt. Als er iets is dan heb ik haar bij de hand. Beter kan het niet. Wat zou ik nog meer moeten verlangen?”